Verkopen aan musea

HET MYSTIEK HUWELIJK VAN DE HEILIGE CATHARINA

Theodoor Boeyermans
Antwerpen
ca.1670-1672
olieverf op doek
54,3 X 39,1 cm

Van Theodoor Boeyermans (1620-1678) zijn er amper twee originele olieverfschetsen bewaard, waarvan er zich één, De Marteling van de Heilige Laurentius, in een Belgische privé-verzameling bevindt.
De andere, Het Mystiek Huwelijk van de Heilige Catharina, die hier gepresenteerd wordt, is het ontwerp voor één van de twee schilderijen voor het hoogaltaar van de Begijnhofkerk van Mechelen (afb.25a) . Dit monumentale doek -het meet 450 bij 310 cm- is buitengewoon goed gedocumenteerd want het wordt reeds in 1763 vermeld door Guillaume Pierre Mensaert . Zes jaar later beschrijft Jean Baptiste Descamps hetzelfde hoogaltaar als "... bien composé et peint par T. Boyermans ; il représente la Vierge et l'enfant Jésus, et dans le bas, plusieurs Saints et Saintes." . De toeschrijving aan Theodoor Boeyermans ontlenen beide auteurs wellicht aan het monogram, dat samen met de datering 1672, op het doek is aangebracht.

De compositie van de olieverfschets -welke duidelijk geïnspireerd is door Rubens' altaarstuk voor de Antwerpse Sint-Augustinuskerk (1628) - is nagenoeg ongewijzigd overgenomen op het schilderij voor het hoogaltaar. Bovenaan een trap en omgeven door Jozef en enkele zingende en musicerende engelen, troont Maria met het Kind op haar schoot. Als bezegeling van hun mystiek huwelijk biedt Hij Catharina, die voor Hem neerknielt, een ring aan. De diverse heiligen die aan de voet van de trap getuige zijn van dit wonderlijk gebeuren, kunnen op basis van fysionomie, kledij of attributen geïdentificeerd worden. Uiterst links knielt Carolus Borromeus, herkenbaar aan zijn haviksneus en de kardinaalshoed naast hem. Hij wordt enerzijds geflankeerd door Alexis met pelgrimsstaf en ladder en anderzijds door Ursula met de pijl en Agnes met het lammetje. Ietwat afgezonderd kijkt Begga, de patrones van de begijnen en stichteres van hun beweging, de beschouwer aan. Zij is door haar rijkelijke kledij als wereldse prinses afgebeeld en draagt in haar rechterhand twee boeken waarop drie kronen rusten. Aan haar voeten ligt een hertogskroon en een zwaard .
Het belangrijkste iconografische verschil tussen de schets en het uiteindelijke doek is de afwezigheid hier van het wapenschild van de schenkster. Op het hoogaltaar van Mechelen prijkt immers, tegen de onderste trede van de trap, het wapenschild van begijn Sophie de Salazar (+ 1683). Aldus kennen we -en dit is hoogst uitzonderlijk-, naast de auteur en de ontstaansdatum van deze olieverfschets, ook de naam en de functie van de opdrachtgeefster ervan.

Herkomst:
kunsthandel James Leslie Esq..
13.11.1959, New York, Savoy, lot 33.
verz. Prof. Dr. Julius S. Held, Bennington (VT), VS, 1959-2002.
vererfd aan zijn dochter, VS, 2002-2009.
in bruikleen aan het Worcester Art Museum (Worcester, MA, VS), 1978-2009.

Literatuur:
J.A. Welu, in: tent. kat.: 1983, Worcester, The Collector's Cabinet. Flemish Paintings from New England Private Collections, Worcester, 1983, pp.22-25.
S. Grieten, Een heilige verbeeld. Iconografie en ideologische recuperatie van de heilige Begga, in: Jaarboek van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen, 1994, pp.141, voetn.94.

Tentoonstellingen:
1968, Northampton, Paintings and Sculpture from the Collection of Mr. and Mrs Julius S. Held, Northampton, 1968, nr.14.
1983, Worcestor, The Collector's Cabinet. Flemish Paintings from New England Private Collections, Worcester, 1983, nr.4.